Tuin

Vanmorgen hebben we wat gewerkt in de tuin, want het onkruid (wat is overigens onkruid?) begon te komen. Ik vind een wilde tuin soms veel mooier en het kaal maken van de bermen vind ik niet geweldig. Hierdoor zorg je dat een heleboel diertjes naar elders moeten verhuizen. De vraag is, is dat wel goed, want door al ons gespuit is de wereld van de insecten, bacteriën en virussen behoorlijk kapotgemaakt.

In Hawaï stonden overal bordjes met no spray, omdat hier steeds meer dieren, bomen, etc. minder voorkomen. Vogeltjes eten insecten, dus minder vogels. Datzelfde hebben we hier en in Noord-Drenthe is er een conflict tussen leliekwekers en hun buurtgenoten. Daar wordt zoveel gespoten, dat dit niet gezond kan zijn. Misschien is het beter om de leliekwekers een alternatief aan te bieden, want onze hele bloemenindustrie is sterk export gericht. Dus er wordt ook nogal veel gereden om die bloemen elders te krijgen, dus dubbele vervuiling. Ook heb ik nogal schrijnende gevallen meegemaakt van onderbetaling in deze sector.

Ik vind een tuin heerlijk om in te zitten, want je kunt goed nadenken, koffiedrinken en lezen. Mijn vader was tuinder en mijn zoon is in een kas in Almere met mijn schoondochter Surinaamse groenten aan het planten. Ik doe dat niet en heb daar weinig mee. Ik denk over het verleden, heden en toekomst. Het verleden is het gemakkelijkste, het heden niet, want het tempo van de veranderingen is enorm (over tien jaar zal ons vervoer helemaal anders zijn) en de toekomst ligt totaal niet in onze handen.

Uiteindelijk beseffen we dat, want volgens mij ligt dat in Gods handen. We hebben God en de duivel niet nodig om de aarde te vernietigen. Leren we ervan, dat is de vraag. De bankencrisis en het vervolg geven me weinig hoop. Een paar schoonheidsoplossingen, maar met druk van de politiek veranderden banken pas hun rente. De begeerte heerst. Nu maar hopen dat God meer mee mag doen en de mensheid genoegen neemt met genoeg. Prachtig om in een tuin, in een park of op een balkon te zitten, want daar leer je te relativeren en niet door te draven.