Papegaaien

21 januari 2021 1 Door W. Koskamp

Als kind al vond ik papegaaien bijzondere dieren, vanwege hun praten, maar ook hun hoge leeftijd. Als je een jonge papagaai koopt, heb je best kans dat zij/hij jou overleeft. Op de lagere school gingen de eerste drie klassen dichtbij huis naar een dierentuin. Wij woonden in Laag Soeren en dus was dat voor ons Burgers’ dierentuin in Arnhem of Ouwehands Dierenpark in Rhenen. In Rhenen stonden de papegaaien bij de ingang en daar bleef ik altijd lang staan. Ik ben verschillende malen daar geweest. Fascinerend, die kletsende en pinda-etende vogels en nog steeds ben ik gek op deze vogels.

Toen wij in Dieren woonden, liep ik naar de lagere school en dat deed je ’s morgens, tussen de middag twee keer (we hadden een lange middagpauze) en ’s middags om een uur of half vier. Ik liep langs een open raam en daar was Rosita. Dat zei deze vogel regelmatig, maar als je ook iets zei, begon zij zeker een kwartier te krijsen. Dat was dikke pret, want vier keer erlangs en een hoop herrie. Ook anderen hadden dat in de gaten, dus we wachten soms tot Rosita stil was en dan gingen mijn vriendje en ik erlangs en dan kwam er weer een hoop herrie. Het was hoog zomer, dus de eigenaresse had dikke pret. Voor ons was de pret over na een weekje, want Rosita was er niet meer en het was nog steeds hoog zomer. Wij door de brandpoort en wat zagen wij: Rosita in de achtertuin; daar heeft zij twee dagen gestaan, want we hadden al onze vrienden naar de brandpoort gestuurd. Daarna konden we haar niet meer vinden. We zagen wel de eigenaresse buiten staan en dan keek ze ons vuil aan.

In Den Haag hadden wij een zuster die in een bovenhuis woonde. Zij was weduwe en had vóór de dood van haar man een papegaai gekregen. Als je bij haar kwam en een gesprek had, kwam er steeds meer herrie uit de kooi. Eigenlijk vond zij hem een rotcadeau, want hij herinnerde haar aan haar man en Pipo kon zijn mond niet houden. Een klap tegen de kooi en hij schreeuwde nog harder. Het tumult eindigde met de doek over de kooi en dan hoorde je nog wel gemompel, maar het werd wel rustig.

Ik heb nog een andere man meegemaakt die zijn vrouw een papegaai gaf, maar die leerde deze papegaai vloeken. Zijn vrouw was vroeger een vrouw van lichte zeden (zo noemde zij zichzelf) en haar man was een klant geweest. Zij had haar leven veranderd en ging naar de Legersamenkomsten. Om twaalf uur was de doek van de kooi en dan vloekte de papegaai aan een stuk door en riep tussendoor ‘slet, hoer, heb je je benen gespreid’. Ik kan jullie verzekeren dat dit nog een van de meest nette woorden waren, want die andere woorden zal ik hier maar niet schrijven. Zij mocht geen doek over deze papegaai leggen en daarmee strafte hij haar voor haar geloof (echte geloofsvervolging). Haar man stierf en zij leerde de papegaai de uitspraken af, want het was verder wel een lieve vogel. Later moest zij naar het verpleeghuis en haar papegaai mocht mee. Daar verbleef hij nog geen week, want hij raakte door de drukte in het tehuis van slag. Hij vertelde de zusters daar wat hij had geleerd en dat vonden de zusters niet leuk. Hij moest toen helaas verhuizen naar elders.

Deel deze pagina