Water
Als klein kind heb ik nog op de poepdoos gezeten, want in mijn peutertijd kregen wij pas een riolering en waterleiding. Ons poephuisje stond achter het achterhuis dat werd afgebroken. Zo kregen we een mooie villa voor het pensionbedrijf. Ik was als peuter wel bang voor het gat in de poepdoos, want ik was te klein voor dit gat. Later was er een wc, wat een opluchting was. In de Achterhoek bij mijn oom en tante hadden ze ook een wc die je niet kon doortrekken. Als toiletpapier gebruikten ze oude kranten. De Graafschapsbode was slecht bedrukt, dus je had al snel een blauw achterwerk.
Op de Veluwe heb je sprengen. Dat zijn beken met ijzerhoudend water in het bos en die langs de wasserijen kwamen. Eerst langs Slijkhuis, waar onze kostganger oom Evert werkte, en daarna langs de Waterval. Het water zag er niet uit met al die fosfaten en andere rommel. Dat is gelukkig behoorlijk verbeterd. Het zal in de toekomst nog een hele puzzel worden met het water, want de papierfabrieken gebruiken nogal wat en de boeren willen laag grondwater. Die papierfabrieken vonden wij normaal, want er stonden nogal wat fabrieken in Eerbeek. We hadden een enkele keer dat het water bij ons omhoogkwam via de pijplijn die het water afvoerde naar de IJssel. Dat stonk behoorlijk en nu denk je, dat zou anders moeten kunnen. Regelmatig lagen er in Dieren dode vissen in het water, wat weer kwam door de chemische industrie in de Kohlenpott (Ruhrgebied). Dat gif liep zomaar de rivier in, dus daar is nu een stop op en ik hoorde zelfs dat er weer overwegingen waren om de riviervisserij op te starten. Die riviervisserij was bij Tiel (Heerewaarden) helemaal verdwenen, terwijl het dorp ervan leefde. Dat de boeren hun land droger willen houden, past niet meer in deze tijd, want het water moet je niet meer zo snel afvoeren, maar vasthouden. Er wordt bij ons in Drenthe al gesproken over het Hondsrugmeer dat er moet komen om ook in de zomer de droogte tegen te gaan. Dan maar lichtere landbouw op de grond.
Wat ik nog steeds lekker vind, is pompwater. In mijn kindertijd was dat overal en we dronken het veelal. Veel boeren sloegen een pomp voor hun koeien. Het water kwam dan tevoorschijn als de koeien hun kop in een bakje staken. Als wij in de wei waren, pakten wij ook dat water en drukten het bakje naar beneden. Zo hadden wij lekker water dat iets anders smaakte dan het water uit de waterleiding. In Suriname hadden wij wel wat problemen met het water. Als je daar op vakantie bent, kun je beter bronwater drinken, want je lichaam is niet gewend aan het kraanwater. Ik ben er al een paar jaar niet meer geweest, dus wellicht is het nu verbeterd. De leidingen waren toen hard toe aan vervanging en de waterdruk was niet geweldig. Je had een hydrofoor nodig om het water op te pompen naar je bovenhuis. Die pompen werden wel eens meegenomen zonder toestemming en je had een hoop herrie als ze aan gingen. Kortom, water is belangrijk voor nu en de toekomst, en ik heb het nog niet eens gehad over de pesticiden en medicijnresten in ons water, wat in Drenthe voor problemen zorgt. In 2027 hebben we volgens het waterleidingbedrijf al problemen als er niet voldoende maatregelen worden genomen.