Koffiedrinken

22 maart 2024 0 Door W. Koskamp

Als je bij mensen op bezoek gaat of onderweg bent, dan krijg je vaak koffie aangeboden. Dat is fijn, maar ook niet altijd. In onze eerste periode in Emmen ging ik naar de dorpen. Daar hadden ze zuinigheid in hun streven, dus de koffie werd niet weggegooid. Ik was daar niet altijd enthousiast over. Soms kreeg je namelijk koffie van de vorige dag. Men had toen veel pruttelaars die op een kachel stonden. ’s Middags was dat zo sterk dat ik geen koffie nam. Je kreeg last van je maag bij het drinken daarvan. Bovendien gooiden de mensen er ook dikwijls een lepeltje Buisman bij en wat zout voor de smaak. Ik kan je vertellen dat zo’n koffie erg sterk is.

Ook was er in die tijd veel cafeïnevrije koffie. ‘Koffie Hag mag’ was de slogan, maar van mij mag die niet; wat een smaak. In Den Haag kreeg je de grootste koppen, want de reputatie van een half bakje koffie sprak men graag tegen, dus je kreeg een kop vol. Daar heb je nog een ander fenomeen en dat is het koffiehuis, waar de mensen samen komen om te praten hoe de regering of de gemeenteraad het moet doen. Daar kwamen vaak heel waardevolle dingen naar voren en ik zou willen dat politici daar hun koffie gingen drinken. De gemiddelde Hagenees is gul en zeker als ze je kennen, delen ze dan hun zorgen. Ik zat dus wel eens in ons koffiehuis op het Jonckbloetplein. De eigenaar moest altijd alle zeilen bijzetten, want bijvoorbeeld tijdens de voetbalkampioenschappen waren supporters op zijn dak geklommen, waar zijn dak niet tegen kon. De politie rekende dan met die gasten af in die vaak grote rellen. Soms liep dan ook de ME door onze straat en arresteerde meer dan twintig relschoppers. De volgende dag werd er even opgeruimd en dan werd de boel weer geopend, totdat Oranje zou spelen en zou gaan winnen. Dan begon het weer van voren af aan.

Mijn vader werkte voor de gemeente in de plantsoenen en kreeg rond nieuwjaar koffie aangeboden. Het was koud en ze kregen ook een oliebol, maar er was toch iets waar ze niet van hielden en dat was dat de koffiemevrouw vieze kopjes had en een theedoek van haar hoofd haalde om vervolgens daar de kopjes mee schoon te maken. De theedoek ging daarna weer op haar hoofd, want ze wilde geen vet haar omwille van het oliebol bakken.

In Breda hadden ze voor niets een koffiezetapparaat gekocht waar vriesdroog in zat. Die vriesdroog was zo duur dat je pijn in je hoofd kreeg. Geen wonder dat men later het apparaat weggaf. Ik ben toen naar een koffiebranderij gegaan die een kilo vriesdroogkoffie afleverde voor een vierde van de prijs. In het Leger wil men wil eens goedkoop, maar dat is niet altijd prettig. Men had in verschillende korpsen pruttelaars, waarbij je vaak de helft moest weggooien, omdat de opkomst tegenviel. We schaften toen weliswaar erg duur via de horeca koffiezetapparaten aan, maar het koffieverbruik daalde, omdat er weinig werd weggegooid. De prijs werd erg goed terugverdiend door minder verspilling. Ik zie nu in buurtkamers soortgelijke apparatuur. In de horeca weten ze wel wat goed werkt, want het is hun vakgebied.

Deel deze pagina