Mariënbornstraat (nieuwe versie)
Toen wij van plan waren om te trouwen, wilden we een huis huren. Het was in onze tijd iets gemakkelijker dan nu. We hebben het nu te veel aan de vrije markt over gegeven, en daar is links en rechts het over eens. Toen wij naar een huis gingen zoeken, meden we verschillende huisjesmelkers, want die hadden vaak wel huisjes, maar hun onderhoud was minimaal. Het eerste huis was een bovenwoning, dat oud was maar er toch nog redelijk uitzag. Alleen de eigenaar vertelde dat hij daar ook een kamertje had om noten in te branden eens in de veertien dagen. Wij roken toen in Dordrecht wat voor stank de branding van de kokosnotenfabriek uit Zwijndrecht had. Dat betekende de helft van de tijd in de stank zitten, dus dit huis viel snel af.
Toen kregen we een tip om een huis te huren aan de ‘Marrie Borriestraat’. Dat gaf een probleem. We konden die straat nergens vinden, totdat we iemand tegenkwamen die vertelde dat dit plat Dordts was voor de Mariënbornstraat en toen vonden we helemaal verscholen in een zijstraat van de Voorstraat ons huis. Het was een redelijk huisje dat vanwege een hogere huur gestoffeerd werd verhuurd. Het was een tweekamerwoning met een kleine keuken, een gang met een kast en een wc. Er was geen douche; dat moesten wij elders doen of met een sproeier ons haar in het keukentje wassen. We gingen daarom douchen in het badhuis op het Vogelplein, bij familie en ik soms ook op mijn werk.
Er moest wel het een en ander aan het huis gebeuren. Er waren verschillende planken in het huis verrot; die vloer heeft de huureigenaar laten repareren. Wij hebben het behang in de gang weggehaald en alles werd toen gewit. Het behang was schreeuwend donkerrood en maakte alles donker. We hadden op verschillende plaatsen betingel en ik wist helemaal niet wat dat was. Het was een soort netwerk waar het behang opgeplakt zat. De vorige bewoners hadden al wat betingel in de slaapkamer laten vervangen door hardboard. Wij hebben dat toen ook in de woonkamer gedaan.
Met tweedehands spullen en met een bankstel gemaakt door mijn schoonvader zijn wij aan het avontuur van ons huwelijk begonnen. De woonomgeving was bijzonder. Tegenover ons hadden wij een oude school die een buurthuis was geworden. Ze hadden niet veel geld en draaiden keiharde muziek. Steeds weer dezelfde nummers: ‘Down, Down’ van Status Quo, ‘Sugar Baby Love’ van The Rubettes en ‘Rock Your Baby’ van George McCrae. Als ik die nummers nu hoor, denk ik nog steeds aan onze eerste woning.
We woonden aan een plein en tegenover ons zat een café/logement, Het Baasje. Daar werd wel eens een feest gehouden en er danste eens een dronken man op ons plein die niet binnen mocht komen. Het was echt een volkswijk met veel rumoer, maar je was jong en wij konden daar wel tegen. Als ik er nu loop, zie ik dat alles is afgebroken en nieuw is gebouwd. Dat is maar goed ook, want het was erg vochtig. Ik hoop met de huidige waterstand dat alles wel goed blijft gaan, want ons huis stond lager dan de rivierdijk.