Breuken (1)

5 september 2025 1 Door W. Koskamp

In de loop der jaren hoor ik wel tot de brekebenen. Toen ik in de tweede klas van de lagere school zat, brak ik mijn enkel op vijf plaatsen, wat in ieder geval ervoor gezorgd heeft dat ik niet zo’n goede sporter werd. Ik kon niet zo snel lopen (sprinten), wel duurlopen. Toen ik vijftien jaar was, liep ik iedereen eruit met duurlopen. Ik was geen roker en iedereen rookte toen. Ik haalde iedereen in naarmate de loop en dat gold ook voor wielrennen.

Ik was een keer van Laag Soeren naar Dieren met mijn zus om naar de tandarts of huisarts te gaan (dat weet ik niet meer precies). Mijn moeder had het te druk en mijn zus (net twee jaar ouder) ging met me mee. Ik had een fietsje zonder remmen. Een doorloper noemden ze dat. Onverantwoordelijk natuurlijk, en dat bleek ook. Op de terugweg kwam er een zandauto van achteren en door de zuiging van die auto viel ik langs de kant met mijn voet in het wiel. Ik had een gecompliceerde breuk en lag tien weken in het ziekenhuis In Velp.

Dit was geen fijne tijd en ik heb veel gehuild, eerst door de pijn, maar later ook door het verwijt van mijn moeder of ik niet beter had kunnen uitkijken (een jongetje van zeven kan dat niet allemaal overzien). Ik kreeg wel bezoek, maar kinderen mochten toen nog niet op bezoek komen, dus mijn broer van twaalf mocht mij via het raam zien. Ik heb toen veel vervelende dingen meegemaakt, zoals spinazie met eierschalen eten. Veel mensen geloven dat niet, maar dat was echt waar. Ik heb dat niet opgegeten. Het was een experiment van de chirurg door kalk aan het eten toe te voegen. Na de eerste keer was het afgelopen, want de spinazie knarste in mijn mond.

Na vier weken mocht mijn gips eraf, wat ik toen toch wel vervelend vond, want er stond van alles op. Toen bleek mijn enkel verkeerd gegroeid te zijn. Die enkel werd opnieuw gebroken. Ik was toen erg teleurgesteld en een van de zusters heeft mij getroost. Ik werd na die tweede operatie extra door haar verwend. Na tien weken kreeg ik loopgips en dat vond ik fijn, want ik mocht toen naar huis.

Dat gips ging na verloop van tijd steeds losser zitten, want ik verloor gewicht in mijn been. Toen het gips eraf ging, zag ik een dun beentje. Het gips ging er iets eerder af, doordat de onderkant gebroken was. Ik zou heilgymnastiek krijgen, maar dat was niet in het dorp. Ik mocht naar Dieren, weer op dat doorlopertje, maar dat durfde ik niet en de bus vond mijn vader te duur. Ik moest zelf maar revalideren. Ik had wel het geluk dat juffrouw Krabbendam mij liet overgaan naar de derde klas. Voor de Kerst had ik alles weer ingehaald.

Ik heb het altijd moeilijk gevonden om hierover te praten, want ik vond het oneerlijk en wilde het zo snel mogelijk vergeten. Het was een donkere periode in mijn jeugd.

Deel deze pagina