Hoe mijn broer Nederlander werd

5 januari 2023 0 Door W. Koskamp

In Nederland heb je mensen met de juiste papieren, mensen met geen papieren (staatloos, die een roze paspoort kunnen krijgen voor een eenmalige reis) en mensen met de verkeerde papieren. Bij die laatste groep hoorde mijn broer. Zijn vader was Algerijn en toen was Algerije een kolonie van Frankrijk. Zijn vader was met de geallieerden meegetrokken en was dus oorlogsveteraan. Hij ontmoette mijn moeder in Brussel en ze werden verliefd. Ze trouwden in Hilversum in het mooie stadhuis van Dudok en vervolgens kwam mijn broer. Het huwelijk werd geen succes, dus er volgde een scheiding en mijn moeder moest (er was nog geen sociale dienst) gaan werken. Zij koos ervoor om als huishoudster te werken in de Achterhoek. Zo kwam ze bij mijn vader terecht die zijn eerste vrouw had verloren aan een hersenvliesontsteking ten gevolge van tuberculose. Mijn ouders trouwden met elkaar en vervolgens kwamen er nog een meisje en twee jongens.

In Laag Soeren begonnen de problemen. Ik werd altijd scheef aangekeken vanwege mijn broer, maar mijn vader ook. Gelukkig trok hij zich er niet veel van aan en ik ook niet. Mijn broer was Fransman, omdat dit bij de geboorte werd bepaald door de Franse wet. Toen hij twaalf was geworden, begon men te praten over uitzetten en toen hij op zijn veertiende ging werken, moest hij om de drie maanden naar de vreemdelingenpolitie voor een werkvergunning. Dat kostte hem snipperdagen en het was erg vernederend. Mijn ouders probeerden hem Nederlander te maken. Ik kan jullie vertellen dat racisme en bureaucratie hoogtij vierden in Nederland. De macht van de kleine ambtenaar is enorm. De achternaam van mijn broer was al verkeerd, want hij heet Hamimi (nu nog verkeerd). Hoe vaak ik wel niet gehoord heb over Ali Baba, Mohammed, etc. is niet te tellen. Mijn broer is nog nooit in Algerije geweest. Zijn voornamen zijn Christiaan Wouter (vernoemd naar mijn opa), dus christelijker kan niet, maar toch…

Hele stukken werden geschreven en op achttienjarige leeftijd kwam de dienstplicht. Mijn moeder was bang dat hij naar La Courtine moest, waarover Johnny en Rijk een liedje zongen. Daarin werd behoorlijk afgegeven over deze standplaats voor Nederlandse militairen. Mijn moeder had vroeger gewerkt bij Tanja Koen (een televisiepresentatrice) en had daar veelvuldig Rijk de Gooyer ontmoet. Mijn broer ging naar de consul in Oosterbeek en wilde niet in dienst, want de militaire dienst zou voor hem in Frankrijk zijn, maar ook een deel in de kolonie. Hij wilde niet het risico lopen familieleden te doden, want het was in die jaren onrustig in Algerije. Hij wist dat hij nog broers had en wilde geen gevecht met hen. Die weigering kon hem tien jaar gevangenis kosten. De consul was verstandig en liet hem afkeuren, dus Chris trakteerde die dag op taart.

Zijn Nederlandse papieren waren nog altijd niet op orde, dus gaven mijn ouders de papieren aan mijn oom die adjudant was op vliegbasis Soesterberg. Prins Bernard was toen nog volop in het leger aanwezig en hield iedere week een spreekuur voor het personeel. Mijn oom ging dus met de papieren naar hem toe. Prins Bernard vond dat een zoon van een veteraan niet zo behandeld mocht worden. Binnen drie maanden had mijn broer zijn Nederlandse paspoort en tegelijk ook zijn oproep tot keuring voor de militaire dienst. Omdat hij een keer van zijn bromfiets was gevallen vanwege oververmoeidheid hebben ze hem toen opnieuw afgekeurd.

Nederland regeltjesland is nog steeds zo, dus de toeslagenaffaire verbaast mij niet. De mentaliteit is niet gericht op helpen, maar men is steeds maar bang voor fraude. Wat kan zo’n jonge jongen die vanaf zijn veertiende heeft gewerkt als grafisch drukker nu frauderen? Hij is maar drie maanden werkeloos geweest vanwege zijn droom om artiest te worden en voor de rest heeft hij altijd gewerkt en premies afgedragen. Mijn broer heeft deze blog nagekeken. Ik mag het publiceren en mogelijk maakt de blog de discussie die nu gevoerd wordt zinvoller. Ik ben trots op mijn broer. Helaas is tot nu toe nauwelijks iets veranderd in ons regeltjesland. In Nederland laat men bijvoorbeeld Vlamingen die Nederlander willen worden taalexamens doen. Hoe dwaas kun je dan zijn? Dan krijgen ze een examen dat ook aan andere buitenlanders wordt gegeven.

Deel deze pagina