Honden (4)

3 augustus 2023 0 Door W. Koskamp

Toen Billie was overleden, wilden we toch graag weer een andere spaniel, dus toen kwam Xnoopy bij ons. Ze moest zo heten, omdat in haar stamboom de ‘X’ aan de beurt was. Het werd voor ons Snoopy, want in de strip Peanuts zit ook zo’n hondje. Zij was wit met zwarte vlekken en een meisje. Aangezien Billie nogal fel was, dachten we dat een vrouwtje rustiger zou zijn. Billie had in Breda namelijk wel eens hondengevechten gehad en ging echt niet opzij, want hoe groot de andere hond ook was, dat maakte hem helemaal niets uit. Hij pakte een keer een witte boxer bij de keel, en die zijn sterk. Deze boxer wilde daarna niet meer langs ons huis lopen vanwege Billie. Onze honden wisten ook precies waar de dierenarts woonde. Ze hadden het niet zo op hun prikken of het uitknijpen van hun anaalklier. Zodra ze gingen sleetje rijden, konden ze naar de dierenarts, want dan was de anaalklier ontstoken.

Onze Snoopy was een snoepje en een uitstekende jager. Al heel jong ving ze veldmuizen. Dat hebben we haar maar afgeleerd, want een muis thuis of in ons gebouw was niet prettig. Helaas was onze Snoopy geen waterrat. Ik kon met haar in de armen in de zee lopen en zette haar dan in het water, maar eer je het wist was zij alweer op het droge strand. Het was echt een dame, want ze was best wel ijdel en lokte andere honden uit, maar liet ze vervolgens weer staan. We dachten dat een vrouwtje gemakkelijker zou zijn, maar dat was bij ons niet zo. Ze was ziekelijk en al spoedig moest haar baarmoeder eruit en liep ze met een kap op, zodat ze niet aan de wond ging zitten. Toen ze weer genezen was, kreeg ze overal jeuk en moest de kap weer op. Die ging wel af als we gingen wandelen, want als ze begon te bijten op haar huid, hoefde ik maar te roepen en dan stopte ze weer.

In Gouda liep ik iedere zondag met haar langs het stadhuis. Daar kon ze even hard hollen, want de mensen lagen toch nog op bed. Alleen de oom van Maaike de Graaf niet (broer van brigadier de Graaf, die koos voor de godsdienst). Die oom kende het Leger wel en had een dansschool voor stijldansen. Hij kon naar eigen zeggen dat niet verenigen met naar de samenkomsten komen. Hij was wel degelijk gelovig en was zelfs behoorlijk theologisch onderlegd, maar geen kerkganger. We hebben heel veel discussies gehad, want hij bewaarde deze onderwerpen over godsdienst tot de zondag, dus ik had mijn eerste samenkomst tussen acht en negen uur ’s ochtends. Hij wachtte zondags op mij. Ik liet Snoopy dan loslopen en wij gingen praten. Soms moest ik eerst iets opzoeken en kwam er dan een andere zondag op terug. Hij is nooit bij ons geweest, maar ik beschouwde hem als een van onze korpsleden. Een korps bestaat niet alleen uit de mensen die in ons gebouw komen.

Snoopy hebben we na acht jaar moeten laten inslapen, want het ging echt niet meer. We wilden haar wel meenemen naar Suriname waar we zouden gaan werken, maar de dierenarts zei dat ze dat niet zou overleven. Ze had toen ook niet lang meer, want alles rond haar voormalige baarmoeder was ontstoken. Als ik de strip Peanuts en Snoopy daarin zie, dan denk ik aan haar. Hoewel in de strip Snoopy een Beagle en een mannetje is.

Deel deze pagina