Opa en oma (4)

1 maart 2024 1 Door W. Koskamp

Mijn oma in Hilversum droeg klederdracht, maar ze begon rond haar zestigste donkere kleding te dragen. Dat heb ik altijd vreemd gevonden, want in die tijd kwam er steeds meer leuke kleding voor oudere mensen. In de kamer van mijn oma en opa stond een grote rookstoel en een staande asbak, en aan de andere kant een kwispedoor. Daar spuwde men pruimtabak in en ik vond dat een vieze gewoonte. Ik ken het merk Kentucky nog. Soms liep ik even weg, zo vies vond ik het.

Helaas wilde mijn opa ook pruimen als ze bij ons kwamen logeren. Ik heb toen bij de kapper nog een pakje Kentucky en Javaanse Jongens gekocht; daar was ik niet blij mee. Hij rookte ook sigaretten, maar waar ik het meest van onder de indruk was, waren zijn bolknakken (Agio, Velasquez, Uiltje, Willem Twee). Die rookte hij met veel plezier. Ik vond dat wel erg leuk om te zien: je opa in een diepe stoel met een dikke sigaar en een heleboel rook om hem heen. Hij rookte veel van wat hij gekregen had en hij had nogal wat kleinkinderen. Ik wist wel wat hij op Vaderdag of zijn verjaardag wilde hebben. Ik herinner me nog de fietstochtjes met hem en die waren er niet zo veel vanwege de afstand, maar die tochtjes zijn mij nog dierbaar.

Omdat er geen plaats te vinden was in het verzorgingshuis in Hilversum, kwamen ze in een verzorgingshuis in Laren te wonen. Prompt zat mijn opa in de bewonersraad en regelde toen onder andere dat er een keuze kwam voor het warme eten. Ik heb nog een foto gezien dat hij prins Bernard de hand gaf, terwijl hij niet zo’n groot voorstander was van het koninklijk huis. Zijn commentaar was dat hij dit deed vanwege fatsoen en vanuit zijn functie. Toen mijn opa erg slecht lag en zou gaan sterven, zijn Beppie en ik en onze dochter Esther die toen een baby was, naar hem toegegaan. Hij heeft haar nog vastgehouden. Hij was toen al erg oud, maar genoot er zichtbaar van.

Mijn oma was toen al dement en mijn opa kon daar niet mee omgaan, want hij begreep het van iedereen, maar zijn vrouw kwam te dichtbij. Mijn oma had potjes waar ze ons allemaal geld uitgaf voor onze verjaardag en dat hield ze altijd goed bij, totdat ze dement werd. Toen werd mijn opa het zat en kregen we niets meer mee, wat natuurlijk prima was, want je komt bij je opa en oma voor andere zaken. Omdat de familie de begrafenis van mijn opa niet geweldig vond (te zwaarmoedig), vroegen ze mij om de begrafenisdienst van mijn oma te leiden. Ik moest even slikken, want we waren pas net heilsofficier. En ik vond het ook nogal wat om je eigen oma te begraven. Ik heb toen als kleinzoon afscheid genomen bij de kist en ben als voorganger de dienst in gegaan. Ik vind het een van mijn mooiste begrafenissen.

Deel deze pagina